In mijn jeugd was Lego meer dan alleen speelgoed, het was een poort naar eindeloze verbeelding en een vroege les in samenwerken en hergebruik. Elke verjaardag of feestdag kregen mijn broertje en ik weer nieuwe doosjes, die we vol verwachting openmaakten. Met de instructieboekjes in de hand bouwden we stap voor stap de voorgestelde modellen: van raceauto’s en ruimteschepen tot middeleeuwse kastelen. Maar het echte avontuur begon pas als de laatste steen was geplaatst en we onze creaties zonder aarzeling weer uit elkaar haalden. Dan combineerden we onze losse steentjes en liet onze fantasie de vrije loop. Onze slaapkamervloer veranderde in een bouwplaats waar we niet langer volgens de regels speelden, maar volgens ons eigen wereldbeeld. We bouwden futuristische steden, ondergrondse tunnels en geheime bases, elke steen een nieuw bouwblok voor onze verbeelding.


Wat we toen niet beseften, was dat we onbewust leefden volgens het principe van dwarfs standing on the shoulders of giants. Net zoals wij voortbouwden op de basis die Lego-ontwerpers ons gaven, zo werken vrije software en open source: ontwikkelaars bouwen voort op elkaars code, delen kennis en innoveren zonder beperkingen. Stel je voor dat Lego proprietary was geweest, dat elke set alleen volgens één vast plan mocht worden gebruikt, dat je steentjes niet met die van een ander mocht combineren, of dat je voor elk nieuw idee een nieuwe doos moest kopen. Dan was de magie verdwenen, net als in de proprietary softwarewereld, waar gesloten systemen creativiteit beperken. Open source is als die oneindige bak met Lego: iedereen kan bijdragen, hergebruiken en delen, zodat de volgende generatie weer een stapje verder kan bouwen. Zo groeit kennis, net als onze Lego-werelden, organisch en zonder grenzen

Om enige nuance te plaatsen Lego is natuurlijk wel een bedrijf dat zijn eigen intellectuele
eigendommen met hand en tand verdedigd. Innovatie en samenwerking is alleen toegestaan binnen het Lego Universum, de analogie bekt alleen zo goed. Wel is het zo dat de Lego patenten inmiddels verlopen zijn en er massaal Lego clones op de markt zijn gekomen, die uitwisselbaar zijn.

Stel je een wereld voor waar software en hardware net zo modulair en vrij toegankelijk zijn als een grote bak Lego. In deze wereld zijn besturingssystemen, apps en zelfs computerchips niet gesloten, eigendom van één bedrijf, maar open bouwblokken die iedereen kan begrijpen, aanpassen en combineren. Net zoals kinderen met Lego niet hoeven te wachten op toestemming om een kasteel om te bouwen tot een ruimtestation, zouden ontwikkelaars, makers en gebruikers vrij kunnen experimenteren met technologie. Bugs zouden sneller worden opgelost, omdat duizenden ogen meekijken en verbeteren. Innovatie zou versnellen, omdat je niet elke keer vanaf nul hoeft te beginnen, maar kunt voortbouwen op wat al werkt. Hardware zou langer meegaan, omdat je onderdelen kunt vervangen en upgraden in plaats van hele apparaten weggooien. Scholen zouden kinderen niet alleen leren *hoe* ze technologie moeten gebruiken, maar ook *hoe* het werkt en hoe ze het zelf kunnen vormgeven.

De maatschappelijke winst? Een digitale wereld die transparanter, veiligere en inclusiever is. Geen afhankelijkheid van enkele techgiganten, maar een ecosysteem waar kennis wordt gedeeld en waar iedereen, of je nu een student, een kleine ondernemer of een wetenschapper bent, mee kan doen. Net zoals Lego ons leerde dat samen bouwen leuker en slimmer is dan alleen spelen, zou open technologie ons leren dat samenwerken tot betere, eerlijkere en duurzamere oplossingen leidt. Het zou niet alleen de digitale kloof verkleinen, maar ook een cultuur van creativiteit en eigenaarschap stimuleren. Want als technologie echt van iedereen is, kunnen we er samen iets mooiers van maken.
Stappenplan naar een Lego-wereld in technologie – en hoe OS-SCi daarin een sleutelrol speelt

De overgang naar een open, modulair technologisch ecosysteem vraagt om concrete stappen. Eerst moeten we bewustzijn creëren: overheden, onderwijsinstellingen en bedrijven moeten leren dat open standaarden en herbruikbare bouwblokken niet alleen ethisch, maar ook economisch en ecologisch voordelig zijn. Vervolgens is onderwijs cruciaal, van basisscholen tot universiteiten, waar leerlingen niet alleen consumenten, maar makers van technologie worden. Daarnaast moeten we open-sourceprojecten actief ondersteunen, bijvoorbeeld door subsidies, belastingvoordelen voor bedrijven die bijdragen aan open ecosystemen, en wetgeving die vendor lock-in tegengaat. Ten slotte
is samenwerking tussen bedrijven, overheden en burgers essentieel om open hardware en software te standaardiseren, zodat onderdelen naadloos samenwerken, net als Lego-stenen.

Hier komt OS-SCi in beeld. Als open-source onderwijsinstituut leert OS-SCi studenten niet alleen hoe ze technologie gebruiken, maar vooral hoe ze deze kunnen begrijpen, aanpassen en delen. Door modulaire opleidingen, van Linux en programmeren tot open hardware, borgt OS-SCi de "Dwarfs on the shoulders of Giants"-filosofie: elke nieuwe generatie bouwt voort op wat voorgangers hebben gemaakt, zonder heruitvinden of afhankelijkheid. Met initiatieven zoals de “FOSS Career Fund Foundation” en partnerschappen met open-sourcebedrijven zoals C-Labs, Onestein, creëert OS-SCi
een vliegwieleffect: afgestudeerden dragen bij aan open projecten, starten eigen bedrijven met open principes, en versnellen zo de transitie. Door kennis vrij toegankelijk te maken en praktijkervaring te koppelen aan echte open-sourceprojecten, wordt innovatie een collectief proces. Zo groeit niet alleen de technologie, maar ook een maatschappij die weet: de mooiste bouwwerken ontstaan als we de blokken samen delen. Goed, we hebben gezien hoe we met vrije software de wereld een betere plek kunnen maken. Rest nog een laatste paragraaf in dit epistel, waar we gaan kijken wat “Dwarfs on the shoulders of Giants”
betekent voor vrije software (open source) ontwikkelaars kan betekenen.
Een side note voor ontwikkelaars

Het idee van Dwarfs standing on the shoulders of Giants is de filosofische kern van open source, maar in de praktijk vergeten veel ontwikkelaars weleens dat ze zelf ook ooit op andermans schouders zijn geklommen. Sommige FOSS-ontwikkelaars zien andere open-sourceprojecten als concurrenten, alsof er maar beperkt ruimte is voor succes, terwijl juist samenwerking en hergebruik de kracht van open source vormen. Deze mentaliteit remt innovatie: als elk project zijn eigen wiel uitvindt, versnippert de gemeenschap haar energie en mist ze de kans om echt transformatieve oplossingen te bouwen. Het is als Lego-stenen in aparte doosjes opsluiten: je beperkt niet alleen jezelf, maar ook anderen die op jouw werk hadden kunnen voortbouwen. Wanneer je project groeit en zelf een Giant wordt, komt
daar een verantwoordelijkheid bij kijken: actief bijdragen aan de gemeenschap die jou mogelijk maakte. Dat betekent niet alleen code vrijgeven, maar ook documentatie verbeteren, nieuwe bijdragers welkom heten, en bewust zoeken naar manieren om je eigen werk modulair en herbruikbaar te houden. Een Giant die zijn schouders niet aanbiedt, verstart de vooruitgang; een Giant die dat wel doet, maakt de hele gemeenschap sterker. Open source draait niet om competitie, maar om collectieve groei, want elke steen die je toevoegt, maakt de toren waar iedereen in kan klimmen net een stukje hoger.

Wanneer er nieuwe ontwikkelaars in je project komen, moet je als Giant soms van je apen rots afklimmen en je realiseren hoe je daar op die rots gekomen bent. Jaren zwoegen, ploeteren en strijden hebben je een enorme kennis voorsprong gegeven op deze nieuwe ontwikkelaars. Help ze op je shouders. Laat ze op de rots klimmen, doe dit door zelf naar beneden te komen. Je kunt niet verwachten dat ze in een gesprek van dertig minuten al jouw kennis van de laatste 20 jaar kunnen absorberen. Ook niet in twee weken tijd. Je kunt niet tegen ze zeggen ga even alle documentatie lezen, want laten we eerlijk zijn, je weet zelf ook wel dat die vaak niet geheel up to date en versnipperd is. Immers we zijn Dwarfs on the Shoulders of Giants. Veel documentatie staat op andere plekken. Help deze nieuwe community leden verder, want alleen dan kunnen we ons project nog succesvoller maken